zondag 28 december 2014

Een mysterie

Een mysterie
Dat is zoon2 voor mij. Al ben ik degene die hem het allerbeste kent. Ik weet wat hij leuk vindt, ik weet wat hij niet leuk vindt. Ik weet waar hij heel blij van wordt, maar ook waar hij heel boos van wordt. Ik kan hem heel goed lezen, zoals dat heet. Al zijn er momenten dat hij het zelf even allemaal niet meer weet. Dat zijn de moeilijkste momenten. Op die momenten weet ik het al helemaal niet. Dat maakt mij machteloos en verdrietig.  Dat zijn hoofdstukken die voor mij gesloten blijven. Toch niet helemaal een open boek dus. Ik hoor u denken. Wie heeft dat niet? Er zijn altijd hoofdstukken die gesloten blijven voor een ander. Dat ben ik dan niet helemaal met u eens.
Een moeder zou haar kinderen moeten kunnen lezen. Van voor tot achter en weer terug. Het boek is nooit af, waardoor we als moeders altijd weer moeten blijven lezen. Moeders zullen het boek nooit uit hun hoofd kennen. Dat zou te makkelijk zijn en ik ben de laatste die zegt dat het ouderschap makkelijk is.
Zoon2 kan wel praten, maar zeer beperkt. Dat maakt het lastig om te achterhalen waar, op sommige momenten, zijn verdriet vandaan komt. Als hij pijn heeft kan hij ons eigenlijk niet vertellen waar hij pijn heeft. Of hij wel pijn heeft. Want wij denken op die momenten alleen maar dat hij pijn heeft. Zeker weten doen we dat niet. Dat vind ik het aller, aller moeilijkste wat er is.
Iets wat ik ook niet en nooit zal kunnen accepteren. Die momenten voelen zo machteloos. Ik lees hem van voor tot achter en weer terug, maar de belangrijkste hoofdstukken blijven op die momenten dichtgeplakt met de sterkste lijm die er is.
Gelukkig laat hij zich wel troosten. Dat doe ik dan ook, uren lang.  
Naast zijn lieve broers en papa, is er nog een persoontje in huis waar hij troost bij kan vinden. Dat is onze super hond Pablo, ook wel zoon4 genoemd. Als zoon2 huilt dan gaat hij uit zichzelf naar hem toe en gaat bij hem liggen. Hij voelt zoon2 feilloos aan. Het lijkt bijna wel of hij wel de dichtgeplakte hoofdstukken kan lezen. Die twee hebben een bijzondere band.
 
Er is ook een andere kant. Zoon2 kan namelijk ook heel erg blij zijn. Zo maar uit het niets. Hij lacht zich rot. Echt hoor. En waarom? Maar het werkt aanstekelijk en wij lachen mee, allemaal.
Soms glimlacht hij alleen maar en kijkt dromerig voor zich uit, maar een seconde later ligt hij in een deuk. Ook die hoofdstukken zou ik graag willen lezen. Wat maakt hem zo aan het lachen? Of wie?
Ook daar zullen we nooit achter komen, maar ik kan op die momenten zo intens van hem genieten.
Gisteravond kon hij niet slapen en kwam naar beneden. Hij kwam gezellig tussen ons inzitten, knuffelde ons, want dat doet hij heel erg graag. Hij genoot intens van zijn momentje met papa en mama. Ik kon hem helemaal lezen van voor tot achter en weer terug. Ik genoot met hem mee en dan opeens was daar weer die dromerige blik... en de schaterlach. Toen was ik hem weer kwijt. Kon ik maar even in dat koppie kijken. Ik zou er alles voor over hebben...

vrijdag 19 december 2014

PSSSsssssTTTT

Ik ben, zoals ze dat noemen, een gevoelsmens. Emoties nemen regelmatig de overhand. Ik kan me altijd erg goed inleven in het lief en leed van een ander.

Er is echter iets waar ik totaal geen gevoel voor heb en dat zijn auto's.
Ik kan daar kort over zijn. Dat stukje is gewoon niet ontwikkeld bij mij.
Ik denk dat het erfelijk bepaald is. Mijn vader heeft bijvoorbeeld nooit zijn rijbewijs gehaald, hij had er gewoon geen gevoel voor.

Ik heb dan wel mijn rijbewijs, maar mijn richtingsgevoel is belabberd.
Verre afstanden rijden doe ik liever niet, bang dat ik in slaap val.
Korte afstanden rijd ik eigenlijk liever ook niet. Het is dan ook een fijne aangelegenheid dat de school van zoon1 en zoon3 tegenwoordig op loopafstand ligt. Ik kan daar iedere dag weer van genieten. Helemaal nu het 's morgens donker is, want ik rijd liever ook niet in het donker, om maar te zwijgen over sneeuw en gladheid...

Ik fiets dapper naar mijn werk. Omdat ik op verschillende locaties werk, moet ik soms best een afstandje afleggen. Ik fiets trouw overal naar toe, of ik nu met of zonder poncho en met of zonder handschoenen moet fietsen, ik fiets!

Ik vond het dan ook niet echt fijn dat ik vorige week lief bij 's morgens bij de garage moest ophalen met de auto.
Het was nog donker en het regende, grr. Maar goed ik deed het voor mijn lief.

Nu zat er al een tijdje een klein rammeltje rechts achterin. Daar moest beslist eens naar gekeken worden, maar ik was inmiddels wel aan dat rammeltje gewend.
Toen ik weg reed hoorde ik: GRRRR PFFFFFPSSSS IIIIIIEEEEEEE en dat getik rechts achter.
Ik had daar geen enkel gevoel bij. Ik dacht alleen maar dat dat rammeltje wel erg luid was geworden. Bovendien ging er geen belletje rinkelen of lampje branden. In de auto vertrouw ik blind op lampjes en belletjes, maar ik reed gewoon weg en ging de dreef op.
Mopperend op de donkerte, de regen en het drukke verkeer reed ik op de dreef.
Het luide getik ging over in: WAM WAM WAM. Ik ergerde me er aan. “Heb ik dat, we moeten echt naar de garage met dat ding.” zei ik tegen mezelf.
Inmiddels reed ik op de Parallelweg en spoedig zou ik de snelweg op moeten.
Opeens kreeg ik een naar gevoel. Dit was niet goed! “dit is niet goed. Ik voel het.” zei ik.

Ik zou straks de snelweg op moeten en dat durfde ik niet. Ik kreeg het gevoel dat ik er geen meter verder in wilde rijden.
Ondertussen hoorde ik dat lief mij probeerde te bellen, omdat ik nog steeds niet de bluetooth had aangesloten op de auto, kon ik niet opnemen.
“Waarom probeert hij me te bellen? De auto WAM WAM WAM! Paniek paniek paniek.”
Ik besloot te stoppen en belde lief terug. Hij zou een leenauto meekrijgen, het ging allemaal iets langer duren dan gepland.
“F*ck” dacht ik, verder niets. Het “ik rij geen meter meer” gevoel had ik niet meer aan gedacht.
Ik reed dan ook gewoon weer een paar kilometer terug naar huis.

WAM WAM WAM. Het voelde nu ook alsof het sturen wat lastiger werd. Toen sloeg de paniek toe. Gelukkig geen blinde paniek. Ik kwam heelhuids thuis.
Al mopperend ging ik naar binnen. Eenmaal binnen bedacht ik me dat het nuttig zou zijn om even rechts achter bij de auto te gaan kijken.
Het schaamrood liep tot mijn kaken bij het aanzien van rechts achter.
Rechts achter had namelijk een platte band en er zat een grote schroef in...
Met mijn gevoel bleek niets mis. Het was inderdaad niet goed.
Toch wel een beetje trots dat mijn 'auto gevoel’ in ontwikkeling was liep ik naar binnen.
Later hoorde we van de garage dat de band niet meer gerepareerd kon worden omdat ik er mee doorgereden had, dat was dus niet verstandig van mij.
Dat koste ons twee nieuwe banden.
Met mijn gevoel is dus niets mis! Nu mijn verstand nog...